Varen op eigen professionaliteit: Jan van de Ven over 2020 en 2021
“Als je onderwijs stript van al zijn franje, houd je een klas met leerlingen en een leraar over. Dat is onderwijs. Alles daaromheen moet in dienst staan van het proces dat dáár plaatsvindt.” Jan van de Ven is leerkracht en oprichter en kwartiermaker van het Lerarencollectief, beroepsvereniging voor het primair onderwijs. De GKA blikt samen met hem terug op een veelbewogen 2020 en we kijken vooruit: “Ik gun elke leraar het lef om met zijn team te zeggen: dit is wat ertoe doet, hier mag je ons op afrekenen. En als dit in orde is, kijken we wat we nog meer kunnen doen.”
Al sinds 2017 houdt Van de Ven zich bezig met het aankaarten van de problematiek in het primair onderwijs. Het lerarentekort, kansenongelijkheid en de tanende onderwijskwaliteit: voor Van de Ven zijn dat de onderwerpen die, al vóór COVID-19, spelen. Al heeft de virusuitbraak en de daaropvolgende lockdown vooral op kansenongelijkheid het vergrootglas gelegd. “Ik kan me heel boos maken over mensen die zeggen dat onderwijsachterstand niet bestaat en dat kinderen niet kunnen achterlopen op hun eigen ontwikkeling”, zegt Van de Ven. “Dat is rijke-mensen-praat. De lockdown is een extra versnelling in achterstanden voor kinderen die dat niet kunnen gebruiken.”
Extra tijd om te laten zien wat leerlingen in huis hebben
De documentaireserie 'Klassen', nu te zien bij de NPO, komt voor Van de Ven precies op het goede moment. “Zo’n reeks helpt om zaken naar voren te brengen waarin anderen, zoals politici, een zetje in de goede richting kunnen geven. Als je in het systeem zit, draai je daarin mee. Neem de jonge leeftijd waarop in Nederland naar onderwijsniveau wordt gedifferentieerd. Ik ben lang leraar in groep 8 geweest, ik heb veel kinderen naar het vo gestuurd. Dat zou ik nu nog steeds doen. Terwijl je, als je een stapje terug neemt, denkt: ‘zouden we dit niet anders moeten doen?'”
Ik kan me heel boos maken over mensen die zeggen dat onderwijsachterstand niet bestaat.
In zijn eigen omgeving, in Noord-Limburg, komen categorale scholen bijvoorbeeld nauwelijks voor. Van de Ven ziet er alleen gedeelde scholen, vaak met dakpanbrugklassen voor verschillende schooltypen. Dat helpt: het geeft jongeren na groep 8 nog één, soms twee jaar de tijd om te laten zien wat ze in huis hebben. “In de stad, waar meer categorale gymnasia of scholen voor havo-vwo te vinden zijn, is het belang van voorselectie veel groter.”
Maatschappelijke verwachting verhoogt werkdruk
COVID-19 heeft niet alleen achterstanden vergroot. Ook het lerarentekort is door quarantaines en testprocedures alleen maar nijpender geworden, wat de kansenongelijkheid verder vergroot. Van de Ven: “Er worden dit jaar meer klassen naar huis gestuurd dan ooit tevoren. Ook hier krijgen degenen die dat het minst kunnen gebruiken de hardste klappen. Onderwijs kan heel veel bijdragen, maar we kunnen het nooit alleen. Er speelt zoveel meer: op het gebied van wonen, zorg, werk. Dingen die ook niet meehelpen om kinderen zorgeloos naar school te laten gaan.”
De lockdown is een extra versnelling in achterstanden voor kinderen die dat niet kunnen gebruiken.
De opvoedkundige rol van scholen is nu veel groter dan 50, 60 jaar geleden. Dat legt een maatschappelijke verwachting op het onderwijs die de werkdruk vergroot en het beroep aanzienlijk complexer maakt. Van de Ven: “Wij laten dat als beroepsgroep gebeuren. Je kunt elke week wel iets doen, van de week van het geld tot de dag tegen eenzaamheid. Ik gun elke leraar het lef om met zijn team ook eens nee te zeggen.”
De basis op orde is de eerste stap
“Alles wat niet bij de basis hoort, moet je nu niet doen. Dat schiet niet op. Straks kunnen we kijken hoe we al die andere dingen kunnen aanpakken. Maar een soort essentieel besef van ‘first things first’ zou geen kwaad kunnen.” Van de Ven zou graag willen dat leraren veel meer durven varen op hun eigen professionaliteit. Niet als individu, maar als onderdeel van een schoolteam. “Durf keuzes te maken. Soms lijkt het alsof je kinderen dan dingen ontzegt. Maar wat heb je eraan als jongeren het onderwijs verlaten zonder de basisvaardigheden? Welke kansen kunnen ze dan verzilveren? 15% van alle schoolverlaters is laaggeletterd. Dat betekent dat ze de bijsluiter of een brief van hun werkgever niet begrijpen!”
Wat heb je eraan als jongeren het onderwijs verlaten zonder de basisvaardigheden? Welke kansen kunnen ze dan verzilveren?
“Gelukkig zien we nu een tegenbeweging. Mensen die vanaf de werkvloer zeggen: ‘Wie is hier nu eigenlijk de onderwijsexpert?' Met het aanbrengen van focus komt er rust in school. Daarmee kunnen resultaten en plezier – in leren en in school – een flinke stap vooruit maken. Als alle problematieken om het onderwijs heen worden afgevangen door anderen, krijgen leerkrachten de ruimte om zich te concentreren op hun vak.”