Studies laten nog steeds verschillen zien tussen de standaard testscores van jongens en meisjes, en tussen de standaard testscores van autochtone kinderen en kinderen met een niet-westerse migratieachtergrond. Deze studie kijkt naar de effecten van het geloof van kinderen in stereotyperingen. Deelnemers werd verteld dat intelligentie niet een vaststaand iets is, maar dat het kan groeien als je jezelf er voor inspant. Kinderen uit de interventiegroep behaalden hogere cijfers. Er werden alleen effecten gevonden voor kinderen met een niet-westerse migratieachtergrond en voor kinderen uit gezinnen met een laag inkomen.
Over het onderzoek naar doorbreken geloof in stereotypen
- School: PO
- Duur: eenmalig
- Evidentie: gerandomiseerd experiment
- Locatie: Verenigde Staten
- Bron: Good, C., Aronson, J., & Inzlicht, M. (2003). Improving adolescents’ standardized test performance: An intervention to reduce the effects of stereotype threat. Journal of Applied Developmental Psychology, 24(6), 645-662.
Achtergrond
Studies laten nog steeds verschillen zien tussen de standaard testscores van jongens en meisjes, en tussen de standaard testscores van autochtone kinderen en kinderen met een niet-westerse migratieachtergrond. Deze studie kijkt naar de effecten van het geloof van kinderen in stereotyperingen.
Doelgroep
De interventie richt zich op alle kinderen van een school in de '7th grade junior high' in de Verenigde Staten. Dit is vergelijkbaar met de Nederlandse brugklas in het voortgezet onderwijs. De leerlingen op de scholen behoorden over het algemeen toe aan een minderheid en hadden een lage sociaal-economische status.Â
Interventie
Deelnemers werd verteld dat intelligentie niet een vastaand iets is, maar dat het kan groeien als je jezelf er voor inspant. Ze moesten ook een brief schrijven aan een fictieve penvriend die moeite had op school en hem/haar uitleggen dat intelligentie vormbaar is. Een controlegroep moest ook een brief aan een penvriend schrijven, maar hun opdracht was ongerelateerd aan de boodschap dat intelligentie vormbaar is. De resultaten van de interventie werden gemeten door de (eventuele) toename van het Grade Point Average (GPA), een welbekende graadmeter voor cognitieve vaardigheden in de Verenigde Staten.
Resultaten
Kinderen uit de interventiegroep behaalden een 0,22 punt hoger GPA dan de controlegroep (3,32 versus 3,10 GPA). Deze effecten waren kleiner en insignificant voor blanke kinderen.